Pieter van der Valk en Ingrid Jansen zijn agrarisch ondernemer en willen graag zelf aan de lat staan om nieuwe verdienmodellen te ontwikkelen. Zij zien dat vanwege de grote verdeeldheid in de belangenbehartiging het de sector niet lukt om zelf problemen voldoende op te lossen. Zij schreven er onderstaand opiniestuk over, dat eerder verscheen in onder andere Vee & Gewas.
Wij zien dat er een grote groep landbouwers is die graag duurzamer wil boeren maar ze zitten vast in het systeem. Onzekerheid over de toekomst en weinig perspectief, vormen een bron voor radicaliserende gedachtes en zo ontstaan groepen zoals FDF .
Die zorgen zijn trouwens terecht: de boer wordt niet gewaardeerd om zijn vakmanschap en continu overspoeld met onwerkbare regelgeving met gebrek aan perspectief. Maar de aanpak en toon van partijen zoals FDF is onverantwoordelijk en leidt tot stilstand als het gaat om verbeteringen in de sector.
Dan is er nog de verdere versplintering in de landbouw. De tegenstelling tussen verschillende landbouwstromen wordt uitvergroot.
Het politieke landschap verandert ook. Met de opkomst van BoerBurgerBeweging en JA21, heeft de boer bij de Tweede Kamerverkiezingen genoeg te kiezen. De legitimiteit voor partijen als VVD en CDA om de landbouw te vertegenwoordigen wordt als gevolg hiervan minder relevant. De sector is onbestuurbaar geworden en dat wordt door boeren(bestuurders) niet erkend.
Het monopolie van de agro-industrie
Coöperatieve ondernemingen zijn uitgegroeid tot invloedrijke organisaties, die hun eigen belang dienen en winst willen maken. Juist deze partijen praten mee met de overheid om maatschappelijke problemen van de boeren op te lossen. Wij vinden dat de boeren zelf mee moeten praten.
Bij het maken van een nieuw verdienmodel is de boer niet betrokken. Want dat wordt ontwikkeld door de partijen rondom de primaire sector. Het is niet voor niets dat er uit alle initiatieven weinig tot geen financiële verbeteringen voortkomen voor de boeren zelf.
Onderzoek is namelijk duur en door privatisering niet meer bereikbaar geworden voor boeren. De agro-industrie heeft geld genoeg en het is dan ook niet verassend dat initiatieven voor nieuwe richtingen of een verdienmodel niet of nauwelijks slagen want ze komen altijd uit de koker van de industrie en niet van de agrarische ondernemers.
De rol van boeren zelf
Om deze patstelling te doorbreken, is het cruciaal dat boeren zelf de regie nemen en krijgen, om de belangen van de maatschappij op een economisch en ecologisch verantwoorde manier in te vullen.
Alleen zien wij dat boeren nauwelijks meer gewend zijn om zelf na te denken want er wordt in sterke mate geleund op de commerciële partijen. Wij vinden dat de verantwoording voor de ontwikkeling en toekomst van de landbouw bij de boeren zelf hoort. Boeren moeten zelf weer het heft in handen nemen door te leren zich onafhankelijk op te stellen van bestaande structuren en nieuwe wegen te vinden.
Wij roepen politici en bestuurders op om boeren te stimuleren zelf het heft in handen te nemen. Dit komt er op neer dat de boeren de gesprekspartners zijn als het gaat om de toekomst van de landbouw, en niet de kapitaalkrachtige agro-industrie rondom de landbouw!
Want als politicus en bestuurder heb je een bredere verantwoordelijkheid dan alleen het economisch belang, zoals natuur, bodem, waterbeheer en brede welvaart in het landelijk gebied. De boer is de aangewezen partner om hierover mee te praten en uit te voeren in de praktijk.